Door de stikstofcrisis neemt de vraag naar elektrisch bouwmaterieel toe. Maar vooral groot materieel is nog maar mondjesmaat voorhanden. Als gevolg van de stikstofcrisis investeren bouwbedrijven ook nog eens minder.
Door de stikstofcrisis sinds eind mei dit jaar neemt de vraag naar elektrisch bouwmaterieel toe. Probleem is dat het aanbod aan dit materieel nog uiterst beperkt is. Het aanbod van hybride bouwmachines en kleiner elektrisch materieel is ruim voldoende. Hybride en elektrische bouwmachines zijn duurder en veel aannemers stellen nu tijdelijk investeringen uit gezien de door de stikstof- en Pfas-crisis teruglopende omzet.
‘De stikstofcrisis versterkt de trend, er komt meer aandacht voor vermindering van de uitstoot van machines op de bouwplaats’, zo voorspelt ervaringsdeskundige Jan Vriesinga. Vriesinga is samen met Arnold Grootveld directeur-eigenaar van Hoogwerkt, een eind 2017 opgericht verhuurbedrijf voor elektrisch aangedreven hoogwerkers. Het bedrijf in Zoeterwoude groeit als kool, heeft inmiddels 400 elektrische hoogwerkers in de verhuur en telt zeventien vestigingen.
Hoogwerkt mikt op 70 à 80 locaties binnen een jaar. Klanten zijn kleine en middelgrote bouwbedrijven, schilders en hoveniers. ‘Met 400 machines op een verhuurmarkt van in totaal een kleine 20.000 stuks hebben we nu al een behoorlijk instappercentage’, aldus Vriesinga. Binnen twee jaar wil het bedrijf 1400 machines verhuren. De troeven van het Hoogwerkt-product: nul uitstoot, dicht bij de klanten met veel vestigingen, dus weinig transportkosten, online reserveren en verhuur per uur of dagdeel in plaats van per dag en de mogelijkheid voor de klant om de machines zelf af te halen. ‘En niet veel duurder dan traditionele hoogwerkers op diesel. Met lithium-ion batterijen bespaar je fors op brandstof- en onderhoudskosten.’ Albert Lusseveld van de BMWT, de branchevereniging van machinebouwers, beaamt dat de stikstofcrisis van de afgelopen maanden de interesse in emissieloze bouwmachines in de bouwsector flink heeft vergroot. ‘Met name bij bouwbedrijven, gemeenten en waterschappen groeit de vraag’, zegt hij. Maar voor een snelle doorbraak van emissieloos is er nog onvoldoende aanbod op de markt, met name bij de grotere machines. Ook raakt de stikstofcrisis aannemers stevig in hun omzet en portemonnee. Heel wat bedrijven stellen daarom nu de aanschaf van machines uit.
De interesse in hybride en volelektrische bouwmachines bestaat al jaren. Zo sloten al in 2016 28 partijen uit de bouw-, infra- en agrisector, overheden, kennisinstellingen en milieu-organisaties een ‘Green Deal’ onder het motto ‘Het Nieuwe Draaien’. Doel van de afspraken: de CO2-uitstoot van mobiele werktuigen verlagen en de luchtkwaliteit verbeteren, onder meer door gebruik van elektrische bouwmachines. Lusseveld: ‘Was aanvankelijk de aandacht vooral gericht op de beperking van uitstoot van CO2 en fijnstof, het laatste halfjaar ligt de nadruk vooral op stikstof.’ Immers, na de uitspraak van de Raad van State van eind mei moet de stikstofneerslag van bouwprojecten in de buurt van Natura 2000-gebieden nul zijn.
Ondertussen worden verschillende opdrachtgevers kritischer op duurzaamheid. Zo nemen steeds meer gemeenten, zoals de vier grote steden Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht (G4) en onder meer Nijmegen en Groningen, milieu-eisen mee in hun aanbestedingen. Natuurlijk wordt er nog gekoerst op prijs, maar emissieloos werken bij een aantal van hun grondverzet- of bestratingsopdrachten geldt meer en meer als pluspunt. ‘Ik merk dat gemeenten de vraag vaker stellen’, zegt Jan Bart Jutte, duurzaamheidsadviseur bij ingenieursbureau Royal HaskoningDHV. Hij helpt gemeenten om aanbestedingen te verduurzamen, onder meer wat betreft de wensen rond het in te zetten materieel.
Het gaat dan vooral om kleine projecten. Een blikvanger is bijvoorbeeld aannemersbedrijf Avitec uit het Drentse Nieuw-Buinen. Het bedrijf heeft eerder dit jaar een bestratingsaanbesteding met een omvang van veertien voetbalvelden van de gemeente Groningen gewonnen. ‘De werkzaamheden worden compleet emissievrij uitgevoerd’, zegt eigenaar en directeur Ben Timmermans. ‘We waren niet de goedkoopste, maar scoorden punten met ons emissievrije aanbod. Dit jaar hebben we daartoe €1 mln in elektrisch materieel geïnvesteerd.’ Ook het Amsterdamse bedrijf Rutte Wegenbouw scoorde met zijn emissievrije inschrijving op een kadebouwproject — aan de Rechtboomssloot — in Amsterdam. Het bedrijf is een van de winnaars van een aanbesteding voor wegenbouw in Amsterdam: in Nieuw-West, ook weer dankzij zijn elektrische materieel.
Het aanbod van materieel in het zware segment is nog beperkt en daardoor een knelpunt, maar het groeit langzaam. ‘Grote machinebouwers in de wereld zetten nog volop in op diesel en zien Nederland vooral als proeftuin voor duurzame innovatie’, aldus Lusseveld. Vooral in de markt van machines boven de 20 ton is het aanbod nog gering. Er worden hoogstens enkele tientallen volelektrische graafmachines per jaar verkocht. ‘Maar komend decennium zal dat drastisch gaan veranderen’, voorspelt Lusseveld. De eerste volelektrische graafmachines van boven de 20 ton, met een accuprestatie van een dag, zijn pas sinds een jaar op de markt. Wel is er een ruim aanbod van elektrisch werkmaterieel in het kleinere compacte segment zoals minigravers, trilstampers en trilplaten. Tobroco-Giant in Oisterwijk begon onlangs met de levering van een serie van vijftig elektrische knikladers, allemaal snel verkocht. ‘Binnen afzienbare tijd zal de helft van het aantal in Nederland verkochte compacte machines geen dieselmotor meer hebben, maar een accu’, verklaart directeur Toine Brock op BouwMachines.nl.
Dat zware graafmachines en shovels er nog nauwelijks zijn, merkt ook het beursgenoteerde bouwconcern Heijmans in Rosmalen. ‘De behoefte aan groot elektrisch materieel is er, maar de markt moet nog mee’, zegt een woordvoerder. Voor grote shovels en graafmachines kiest Heijmans dan maar voor de duurzaamste dieselvariant, de euro 6-motor. Wel heeft het bouwconcern onlangs een elektrische installatie voor gestuurde boringen gekocht, de ‘E-rig’, om ondergronds kabels te leggen. Duurzaam groot materieel is vooralsnog nog vooral hybride: deels diesel, deels elektrisch. Zoals de mobiele torenkranen— drie-assers — die fabrikant Spierings in Oss vanaf december gaat leveren. Deze zogenoemde City Boy van 36 ton rijdt tot aan de buitenwijken op diesel en daarna kan de machine binnenstedelijk circa 30 kilometer op een accu rijden. De hijsklus gaat elektrisch. ‘Volgend jaar maken we er elke week één, zo’n vijftig per jaar. De meeste zijn al verkocht’, zegt directeur Koos Spierings. Spierings gaat ook vier-assers en zes-assers maken, die elektrisch kunnen werken op de bouwplaats. De BMWT heeft onlangs samen met Natuur & Milieu een lijst aangelegd met wat er aan hybride en elektrische materieel op de markt is, zoals graafmachines, shovels en trilplaten, vertelt Lusseveld. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat verzocht om zo’n lijst omdat veel opdrachtgevers en aannemers nog onvoldoende kennis in huis hebben van het aanbod van emissie-arm en emissieloos materieel. Uit de lijst blijkt dat het slechts een fractie van het totale aanbod aan bouwmaterieel is.
Het beperkte aanbod is dus een hinderpaal voor emissiearm, maar ook veel bouwbedrijven zijn nog uiterst voorzichtig in hun aanschafbeleid. Zeker nu hun omzet dit jaar door de stikstofcrisis met 10 à 15% terugvalt en volgend jaar met misschien nog meer. De machinebranche ziet dan ook de vraag vanuit de bouw deze maanden met zo’n 30% teruglopen. Lusseveld: ‘We zien een groot spanningsveld tussen enerzijds willen voldoen aan de door overheden gestelde milieu-eisen en anderzijds de hogere aanschafkosten en ongewenst opgelegde vervroegde afschrijvingstermijnen.’ Het elektrisch materieel is namelijk veel duurder. ‘Al gauw 50% of 75%.’ Overschakeling op elektrisch materieel betekent ook nog eens versneld afschrijven van traditionele machines.
Link naar artikel in het FD